En als je dan toch weer drinkt…………



Your mistake doesn’t equal losing something, and it doesn’t mean you go back to the place 
from which you came—sobriety isn’t a zero-sum game, it is a sum of its parts, 
and failure is one of its parts. 

Holly Whitaker, Quit like a woman

 

Ik houd mezelf altijd graag voor dat het mij gelukt is om in één keer te stoppen met drinken. In november kwam ik een filmpje op Facebook tegen waarna ik mezelf als doel heb gesteld dat ik op 1 januari 2018 niet meer zou drinken. En dat lukte.

Maar als ik eerlijk ben, was 1 januari 2018 poging 98656. Ik ben ooit eens gekomen tot vijf dagen zonder alcohol, maar meest van mijn pogingen duurden niet eens een dag. ’s Ochtends begon ik vol goede moed en tegen de tijd dat het drie uur in de middag was, was ik al mijn goede voornemens en motivatie van die ochtend vergeten. Wacht. Mijn goede voornemens was ik niet vergeten. Ik wilde wel, maar kon mezelf dan niet langer tegenhouden niet te drinken. Vooral het gevoel van wanhoop van die ochtend, het écht niet meer willen drinken, werd overstemd.

Gewoon niet te moeilijk te doen en een lekker glaasje wijn inschenken.

 

Hoe ga je om met terugval?

Zo vergaat het bijna iedereen. In plaats van jezelf afstraffen nadat je toch gedronken hebt, kun je beter je tijd en energie en steken in het analyseren van wat er is gebeurd. Wat zorgde er voor dat je dacht: fuck it? Was het een persoon, een plaats, een gedachte? De gewoonte, een fysiek verlangen, het gevoel jezelf iets te ontzeggen wat ieder ander wel mag? Hoe kan je ervoor zorgen dat je de volgende keer niet meer hierdoor overvallen wordt en het bijltje er bij neer gooit? 

Wees niet te streng voor jezelf

Uit een onderzoek uit 2007 van Adams en Leary, bleek dat lief zijn voor jezelf na een terugval ervoor zorgt dat je in de toekomst minder over de schreef gaat of de handdoek in de ring gooit. Vrouwelijke studenten, waarvan bekend was dat zij op dieet waren, kregen het verzoek een donut te eten voor een onderzoek (waarvan zij uiteraard niet wisten dat het een neponderzoek was). Nadat ze de donut hadden opgegeten, kreeg de helft van de dames van de onderzoekers het verzoek om niet te streng voor zichzelf te zijn over het feit dat ze zich hadden bezondigd aan iets zoets en ongezonds: ‘ik heb van diverse mensen gehoord dat ze zich schuldig voelen over de donut die ze bij dit onderzoek eten, maar ik hoop dat je jezelf dit niet al te kwalijk neemt. Iedereen eet wel eens iets ongezonds, en iedereen die aan dit onderzoek mee werkt, eet die dingen, dus ik denk niet dat er enige reden is om je hier rot over te voelen.’ De controlegroep kreeg niets te horen.

Er werd vastgesteld dat de vrouwen uit de controlegroep zich beschaamder en ongezonder voelden na het eten van de donut. Maar ook dat ze, wanneer ze de kans kregen nog meer te snoepen ‘in het kader van een vervolgonderzoek’, dit vaker deden (en vooral meer) dan de dames die niet te streng voor zichzelf waren geweest. Deze vrouwen overaten zich niet bij het vervolgonderzoek en waren beter in staat om zich bij hun dieetdoelstellingen te houden, ondanks het feit dat ze in eerste instantie op dezelfde manier hadden gezondigd met de donut.

Praat tegen jezelf alsof je tegen je beste vriendin praat die het zwaar heeft 

Het niet te streng zijn voor jezelf, zorgt ervoor dat je makkelijker kunt relativeren. Gevoelens als ‘het niet waard zijn’,  schaamte, spijt,  teleurstelling of mislukking, zijn juist vaak de gevoelens die we willen verdoven en daarmee de redenen die we hebben om te drinken. Veel mensen die hun goede voornemen niet vol kunnen houden, komen in de verleiding om te zeggen:

  • Ik ben zwak.
  • Ik ben een hopeloos geval.
  • Ik kan dit niet.
  • Ik heb geen discipline.
  • Dit is niet te doen.

 

Een goede manier om te testen of je niet te streng bent voor jezelf, is aan de hand van deze regel: zou ik hetgeen wat ik nu tegen mezelf zeg, ook zo tegen een goede vriendin zeggen? Als je een vriendin zou vertellen dat ze zwak of hopeloos was, of dat verstoppen de enige oplossing was, dan denk zullen jullie niet lang meer vriendinnen zijn, schat ik in. Buig je eigen gedachten om naar hetgeen wat je tegen een vriendin zou zeggen:

  • Ik geloof in je.
  • Je kan het.
  • Praat erover dat je het moeilijk hebt.
  • Het hoeft niet in een keer goed; je mag best een aanloopje nemen.

Als je deze denkwijze volgt, kom je bijna automatisch op de volgende twee vragen:

  • Wat kan ik leren van wat er is gebeurd?
  • Wat kan ik de volgende keer anders doen?

Falen is niet falen, het is leren

Zoals ik in het begin van deze blog al aangaf, heeft het me een enorm aantal pogingen gekost om definitief te stoppen met alcohol. Iedere keer dat ik het probeerde en faalde, heb ik iets geleerd waarmee ik sterker de volgende poging inging en waarmee ik dichter bij het bereiken van mijn doel kwam. Geen van mijn pogingen was waardeloos, al heb ik moeten strijden om mezelf niet waardeloos te voelen. Mijn falen heeft me gebracht waar ik nu ben.

 

 

Terug naar overzicht

Geplaatst op 5 november 2020